Poezie is een daad.
Poëzie is een daad
van bevestiging. Ik bevestig
dat ik leef, dat ik niet alleen leef.
Poëzie is een toekomst, denken
aan de volgende week, aan een ander land,
aan jou als je oud bent.
Poëzie is mijn adem, beweegt
mijn voeten, aarzelend soms,
over de aarde die daarom vraagt.
Voltaire had pokken, maar
genas zichzelf door o.a. te drinken
120 liter limonade: dat is poëzie.
Of neem de branding. Stukgeslagen
op de rotsen is zij niet werkelijk verslagen,
maar herneemt zich en is daarin poëzie.
Elk woord dat wordt geschreven
is een aanslag op de ouderdom.
Tenslotte wint de dood, jazeker,
maar de dood is slechts de stilte in de zaal
nadat het laatste woord geklonken heeft.
De dood is een ontroering.
Onze Mening
A. Wat vinden jullie van het gedicht en waarom vinden jullie dat?
Ik vindt het een indruk wekkend gedicht met een toch wel zielig einde en dat einde is toch weer heel mooi afgemaakt. Ik denk dat het gedicht is opgebouwd naar het einde om daar plots tot de conclusie te komen.
B. Welke versregel(s) spreken jullie aan en welke niet en waarom?
Maar de dood is slechts de stilte in de zaal - nadat het laatste woord geklonken heeft. De dood is een ontroering. Ik vindt dit het mooiste gedeelte omdat het een toch verdrietige maar ook mooie afsluiting van het gedicht is en het net het beetje extra geeft om het gedicht te onthouden. Voltaire had pokken, maar - genas zichzelf door o.a. te drinken - 120 liter limonade: dat is poëzie. Ik vindt dit toch wel een beetje een rare vers met niet een duidelijke boodschap. Het is misschien een deel dat ik wat minder begrijp, en daarom minder leuk vindt.
C. Welk gevoel roept het gedicht bij jullie op?
Dit gedicht roept vooral de emotie verdrietig zijn op, niet verdrietig zijn door te huilen maar gewoon de sfeer maakt je verdrietig en dan denk ik aan een begrafenis, aan de begrafenis van mijn opa toen ik heel klein was.
D. Waar gaat het gedicht over? Verduidelijk dit aan de hand van enkele voorbeelden.
Dit gedicht gaat over wat je doet in je leven en wat de dood betekent, dat geeft de laatste vers duidelijk aan: maar de dood is slechts de stilte in de zaal nadat het laatste woord geklonken heeft. De dood is een ontroering. Ik denk dat Remco Campert met dit gedicht bedoelt dat hij een poet is en verteld over wat hij van de dood denkt en wat volgens hem poëzie is en dus wat zijn levenswerk is iets bijdragen aan de dicht kunst.